Terwijl ik ondergedoken zit in iemands kelder aan de zee kijk ik naar een aalscholver. Hij zit al geruime tijd op een steen in zee. Hij laat zich plots voorover vallen, plat op zijn buik, face first. En vogelvrij is hij. Hij mag zelfs vissen zonder vergunning. En mensen vinden het nog leuk om te zien ook.
Waarom moet ik hier stilzitten en me koest houden zodat niemand me betrapt ofwel toestemming vragen aan de eigenaar van de kelder (die ik door er te slapen echt geen kwaad berokken) om er te verblijven?
Ik was op Corsica en had enkele dagen daarvoor een gesprek gehad met een Corsicaanse man op leeftijd. De man was verongelijkt over het feit dat er steeds meer rijke mensen lelijke villa’s en hotels aan de kust bouwden. ‘Ils ne respectent pas la nature’ zei hij. Gelukkig zijn Corsicanen eigenwijs genoeg om zo nu en dan als ze het niet eens zijn met de komst van zo’n gebouw het genadeloos in de hens te zetten. De Corsicaan is trots op zijn eiland. Zijn lijfspreuk: ‘Si vous avez des étrangers pour le diner, il ne faut pas changer le menu’.
Hierbij heb ik volgens mij twee stemmen die voor wildkamperen pleiten. Ik trek rond en slaap waar ik wil zonder de omgeving daarmee te verstoren. Welk plaatje zie je liever?
Maar helaas zijn sommigen nog niet toe aan de vrijheid die het wildleven met zich meebrengt. Toen ik in Valkenburg woonde, trof ik iedere dag opnieuw in het nabijgelegen Ravensbos de resten van een kampvuur van de dag ervoor aan, inclusief plastic flesjes. Ik vraag me iedere keer weer af waarom je als natuurliefhebber (anders ga je niet ‘s avonds buiten in een bos zitten toch?) je eigen fijne plek zo smerig achterlaat. Ten eerste ziet je fijne plek er dan niet meer zo fijn uit en ten tweede zorg je ervoor dat wildkamperen en fikkie stoken verboden wordt. Je naait jezelf, en anderen, eigenlijk twee keer. In Nederland is inmiddels het paalkamperen om deze reden ook verboden.
Ik zou Europa willen vragen een voorbeeld te nemen aan de Scandinavische landen waar wildkamperen is toegestaan en zelfs aangemoedigd wordt. Ja, ze hebben daar meer fysieke ruimte maar ook meer mentale ruimte. Misschien kunnen we die mentaliteit overnemen, en dan bedoel ik zowel de regering als de bevolking.